Hoofdstuk 5 Wegen
Bij Snelslagen.nl kun je gratis motor theorie leren voor het rijbewijs A!
Wegen en begrippen
Als bestuurder moet je je bewust zijn van je rijgedrag en wat je allemaal kunt tegenkomen als je gebruik maakt van de wegen. In dit deel vind je dan ook alles wat je moet weten over wegen.Autosnelweg

Autoweg
Het begin van een autoweg kun je herkennen aan het Verkeersbord G3. Het einde van een autoweg aan het Verkeersbord G4. Op autowegen mogen alleen voertuigen komen die minimaal 50 km/u kunnen en mogen rijden. De maximumsnelheid op een autoweg is 100 km/u. Een autoweg heeft meestal korte invoegstroken, uitvoegstroken en geen vluchtstroken. Let dus altijd goed op!Busbaan of busstrook
Dit is een rijbaan die je kunt herkennen aan het woord BUS of LIJNBUS. Dit staat meestal op de rijbaan zelf geschreven. Als er alleen BUS staat, mogen alle bussen hier rijden. Bij LIJNBUS mag alleen het openbaar vervoer hier rijden. Taxi's mogen regionaal vaak van een busbaan gebruik maken wanneer ze hiervoor een ontheffing hebben.Doorgaande rijbaan
Een rijbaan zonder daarnaast gelegen invoeg- of uitrijstroken.Fietsstrook

Haaientanden
Driehoeken welke op het wegdek zijn aangebracht. Dit zijn voorrangsdriehoeken om op bepaalde plekken voorrang aan te geven.Invoegstrook
Een deel van de weg welke is gescheiden door een blokmarkering. Deze rijbaan is bedoeld voor bestuurders om snelheid te maken, zodat ze kunnen invoegen op de doorgaande rijbaan.Kruispunt
Dit is een punt waar twee of meer wegen elkaar kruisen.Parkeerhaven- of strook
Een verharde weg/stuk langs de rijbaan die bedoeld is voor stilstaande of geparkeerde voertuigen.Puntstuk en verdrijvingsvlak

Rijbaan
Dit is het weggedeelte bestemt voor rijdende voertuigen. Fietspaden en fiets/bromfietspaden horen niet bij de rijbaan.Rijstrook
Dit is een gedeelte van de rijbaan welke is gescheiden door een doorgetrokken of onderbroken streep.Suggestiestrook
Soms is een deel van de rijbaan gescheiden met een onderbroken streep als fietsstrook, maar is er geen afbeelding van een fiets aangebracht op het wegdek. Dit noemen we een (fiets)suggestiestrook.Uitrijstrook
Dit is een deel van de weg welke is gescheiden door een blokmarkering. Deze uitrijstrook is voor bestuurders die de doorgaande rijbaan willen verlaten en snelheid willen verminderen. Ook wel uitvoegstrook genoemd.Vluchthaven of vluchtstrook
Een deel van de rijbaan van een autoweg of autosnelweg dat is gescheiden door een doorgetrokken streep.Wegen
Alle wegen en paden bestemt voor het het verkeer. Bermen, zijkanten en bruggen horen ook bij de wegen.Verschillende type wegen
Met een weg wordt de hele weg inclusief berm bedoeld. Een weg bestaat uit rijbanen, zijbermen en soms ook een middenberm. Rijbanen bestaan uit één of meer rijstroken. In dit deel vind je andere belangrijke aspecten die je moet weten over wegen.Eenrichtingsverkeer

Wegen voor fietsers, snorfietsers en bromfietsers
Als je binnen de bebouwde kom rijdt, is er op sommige plaatsen geen apart (brom-) fietspad. Ook de (snor) fietsers rijden op dezelfde weg als jij. Fietsers en snorfietsers mogen je rechts inhalen. Kijk daarom ook altijd goed om je heen op dit soort wegen. Dit om vervelende verrassingen te voorkomen.Fietsstroken
Een fietsstrook is een aparte rijbaan op het wegdek voor (snor) fietsers. Meestal is deze rijbaan aan de linker en rechterzijde van de weg. Er zijn twee verschillende fietsstroken: eentje met een doorgetrokken streep en eentje met een onderbroken streep. Bij een fietsstrook met een doorgetrokken streep, mag je niet met je motor over de doorgetrokken streep rijden. Bij een fietsstrook met een onderbroken streep, mag je alleen overschrijden als je de doorstroming van het verkeer bevordert. Als er op een smalle weg een tegenligger tegemoetkomt, mag je naar rechts uitwijken om de tegenligger de ruimte te geven. Let wel op dat je (snor) fietsers en gehandicaptenvoertuigen niet hindert. Kom je het Verkeersbord G12a tegen, dan zijn bromfietsers verplicht dit fiets-brompad te volgen. Zij zullen dan niet meer op de rijbaan rijden.Rijbaanversmalling
Een rijbaanversmalling is een punt waar de rijbaan of weg smaller wordt. Een voorbeeld hiervan is een smalle brug. Meestal vind je op deze plekken het Verkeersbord F5 en het Verkeersbord F6. Hieronder vind je een korte uitleg over de borden die je tegenkomt bij een versmalling:- Als het Verkeersbord F6 aan jouw kant van de brug staat, dan moet de tegemoetkomende bestuurder wachten en mag jij eerst. Let op! Deze verkeersborden gelden alleen voor bestuurders. Als er voetgangers naderen op de brug, dan moet je deze eerst voor laten gaan.
- Als het Verkeersbord F5 aan jouw kant van de brug staat, dan moet je al het tegemoetkomende verkeer (dus ook voetgangers) eerst voor laten gaan. Als er geen verkeer tegemoetkomt, mag je de brug over.
Bochten

Dijkwegen
Vooral in Nederland zijn er veel dijken met daarbovenop een weg, dijkwegen. Het is belangrijk om op de volgende punten te letten als je op een dijkweg rijdt:- Dijkwegen zijn meestal erg smal;
- De bermen zijn vaak erg klein;
- Er zijn geen uitwijkmogelijkheden;
- Vaak is er geen belijning op het wegdek;
- De wegen zijn vaak onoverzichtelijk en hebben veel bochten;
- Inhalen is meestal niet mogelijk, als je het toch doet neem dan geen risico's;
- Voertuigen van zijweggetjes komen van beneden, deze zie je pas op het laatste moment;
- Dezelfde voertuigen zien jou ook pas op het laatste moment.
Gedrag op wegen
Naast alle verkeersregels, is er ook nog een drietal aspecten waar je extra op moet letten als je als bestuurder gebruik maakt van de weg.Rechts houden
Als je gebruik maakt van de weg, moet je zoveel mogelijk rechts houden. Je houdt natuurlijk wel een veilige afstand van de stoep of berm. Uitzonderingen op het rechts houden zijn: tijdens het inhalen, op een rotonde en bij het voorsorteren.Tegenliggers
Als je op een smalle weg een tegenligger tegenkomt, dan geef je diegene voldoende ruimte om te passeren. Mocht je tegenligger een grote vrachtwagen zijn en de weg is heel smal, dan moet je samen een oplossing vinden. Het kan veiliger zijn om met je voertuig naar de berm uit te wijken en daar te wachten. Let er dan wel goed op of de berm wel geschikt is om uit te wijken. Pas daarnaast op voor eventuele (snor) fietsers en voetgangers naast je. Hoe dan ook, pas altijd je snelheid aan bij tegenliggers op een smalle weg!Obstakels
Soms komt het voor dat je om een obstakel heen moet rijden, bijvoorbeeld een geparkeerde auto. In dit geval mag je het tegemoetkomende verkeer niet hinderen. Je moet dus even wachten met voorbij gaan. Als er zoveel ruimte is dat je het obstakel kunt voorbijrijden zonder tegemoetkomend verkeer te hinderen, dan hoef je niet te wachten. Als het tegemoetkomende verkeer een obstakel heeft zijn de regels omgedraaid. Jij mag dan doorrijden en de tegenligger zal moeten wachten tot je voorbij bent.Test je kennis over Wegen

Online theorie cursus
Via Snelslagen.nl koop je het complete
online theoriepakket inclusief alle theorie examens al voor € 24,99